Atalanta (Vanessa atalanta)

Prachtig in het tegenlicht.

Kenmerken – De spanwijdte van deze vlinder is 50 tot 65 mm. Aan de bovenzijde is hij donkerbruin met zowel op de voor- als achtervleugel een brede rode band. In de band op de achtervleugel zitten kleine zwarte vlekjes. Op de binnenrandhoek zit een felblauw streepje. De punt van de voorvleugels is zwart met witte vlekken met een blauwe tekening langs de buitenrand. Vrouwtjes en mannetjes lijken veel op elkaar. Veel, maar niet alle, vrouwtjes hebben witte stipjes in de rode voorvleugelband. Mannetjes hebben die nooit. De onderzijde van de vleugels is vlekkerig bruin-zwart-grijs gekleurd en geeft een heel goede camouflage. In het gedrag zijn mannetjes heel territoriaal. Soms verzamelen zich mannetjes op heuveltoppen om langstrekkende vrouwtjes te onderscheppen. De franje om de vleugels is wit met dunne zwarte puntjes.

Naamgeving – N: Atalanta, D: Admiral, Lat: Vanessa atalanta, E: Red Admiral
De wetenschappelijke naam Vanessa atalanta is afgeleid van Atalanta, de Griekse legendarische maagd. Deze jagende dame kon hard lopen en hield wedstrijdjes met mannen die ze dan doodde als ze verloren. Ze is het dode bewijs dat appels niet altijd goed voor je zijn.

Leefomgeving – Deze trekvlinder is in Nederland heel algemeen. Elke zomer trekt hij vanuit het Zuid-Europa ons land binnen en kom je hem overal tegen. Het zijn uitstekende vliegers, gebruiken daarmee veel energie en houden dus van nectarrijke planten. Het zijn dan ook graag geziene gasten op de vlinderstruiken in mijn tuin.

Vliegtijd – Vanaf mei komen ze in Nederland aan en brengen in de zomer een generatie voort. Veel rupsen sterven in de de late herfst. Sommige vlinders trekken langs de kust terug naar het zuiden. In heel milde winters kunnen ze als volwassen vlinder overleven en zie je ze in het vroege voorjaar.

Waardplant – Eitjes worden een voor een op de onderkant van brandnetels geplaatst. Rupsen bouwen een soort brandneteltentje en als dat op is gegeten, verkassen ze en maken ze een nieuwe tentje.