Steppeparelmoervlinder (Melitaea aurelia)

Dit exemplaar bleef maar zitten op deze margriet. Daarom had ik ondanks de wind toch nog enkele scherpe foto’s. (Ehrenpreis-Scheckenfalter, Le Damier Aurélie, Melitaea aurelia, Nickerls fritillary)

Kenmerken – De spanwijdte van deze vlinder is 28 tot 32 mm. Voor een parelmoervlinder is dit best wel klein. Mannetjes en vrouwtjes zijn zeer moeilijk op het oog te onderscheiden. Het vrouwtje heeft alleen oranje haren op de palpen. Mannetjes hebben hier oranje en zwarte haren. De kleur is oranjebruin aan de bovenzijde met donkerbruine tot zwarte strepen en banden. Langs de buitenrand loopt een dubbele donkerbruine lijn. Hoe kouder het leefgebied, hoe donkerder de bovenzijde is. Aan de onderzijde is de voorvleugel oranje met zwarte vlekjes en streepjes. Op de achtervleugel zitten zwart omlijnde witgele vakken en twee banen met oranje vakken. De vleugels zijn omrand met een donkergele smalle band binnen een dubbele donkere lijn. Er is een wit-bruin geblokte franje te zien. Deze soort lijkt ontzettend veel op de Bosparelmoervlinder, die alleen zwarte haren op de palpen heeft en ook iets groter is dan de Steppeparelmoervlinder.

Naamgeving – N: Steppeparelmoervlinder – D: Ehrenpreis-Scheckenfalter – Lat: Melitaea aurelia – E: Nickerls fritillary
Over de wetenschappelijke naam Melitaea is geen zinnig woord te zeggen. De ene bron zegt dat het de bijnaam van Artemis is terwijl een andere bron haar aartsrivale Aphrodite noemt. Aurelia betekent gouden of goudkleurig.

Leefomgeving – Deze vlinder komt niet meer in Nederland voor. Zelf heb ik hem in Duitsland op de Möschelberg gezien. Hij is te vinden op open bloemrijke plekken en kalkgraslanden.

Vliegtijd – Begin juni tot begin augustus in één generatie. Rupsen leven en overwinteren in een spinselnest.

Waardplant – Hengel, Kleine ratelaar, Smalle weegbree, Ruige weegbree.