Gehakkelde aurelia (Polygonia c-album)

Gehakkelde aurelia (Polygonia c-album). Sigma lens in macrostand. Uit de hand. Het was prijsschieten half oktober op de Horte. De bloeiende asters trokken een groot aantal soorten vlinders aan.

Kenmerken – De spanwijdte van deze vlinder is 40 tot 50 mm. Aan de bovenzijde is hij oranje met aan de binnenkant zwarte en meer naar buiten bruine vlekken. De gehakkelde aurelia kent een zomer- en een wintervariant, waarbij de lichte zomerse vorm (f. hatchinsoni Robson) losse bruine vlekken heeft in plaats van een bruine band. De vleugelvorm bij de wintervorm is hoekiger, dus sterker gehakkeld, dan de zomervorm. Vrouwtjes en mannetjes lijken veel op elkaar. Aan de onderzijde van de vleugels is een duidelijke kleine witte letter C te zien. De onderzijde is bij de zomervorm lichtbruin met wit gevlekt. De wintervorm is donkerbruin gemarmerd met een groene waas. Als je goed kijkt, is een rij kleine oogvlekjes te zien. Qua gedrag zijn mannetjes territoriaal. De franje om de vleugels is bruin.

Naamgeving – N: Gehakkelde aurelia, D: C-Falter, Lat: Polygonia c-album, E: Comma Butterfly
De wetenschappelijke naam Polygonia c-album is afgeleid van polygoon en slaat op de gehakkelde, veelhoekige, vleugels. C-album is wat het is: een witte C.

Leefomgeving – Deze vlinder komt algemeen voor in Nederland. Je vindt hem langs brede bospaden en in open plekken in vochtige bossen. In de zomer bezoekt hij bloemen met veel nectar in tuinen en parken. In het najaar zit hij op rottend fruit. In het voorjaar vind je hem ook bij bloeiende wilgenkatjes.

Vliegtijd – Er zijn ieder jaar twee generaties. In maart leggen overwinterde vrouwtjes eitjes. Hieruit ontpopt midden juni de lichte hutchinsoni zomervorm. Uit de eitjes van de zomervorm komt de overwinterende donkere vorm. De eerste generatie blijft echter tot half mei eitjes leggen. Deze late rupsjes groeien langzaam en ontpoppen zich in augustus ook tot de wintervorm. Laat in de zomer vliegen beide vormen rond. De zomervorm sterft begin september en de wintervorm ontwaakt na de diapauze in het volgend voorjaar.

Waardplant – Brandnetels, hazelaar, aalbes, kruisbes en iep.